top
Afrikaanse pap
 
Afrikaanse pap
 
NIGERIA - © Illustratie: Wikipedia

Pap in de Afrikaanse keuken

In Afrika gebruikt men zijn granen bij voorkeur om er pap van te maken. Het is niet bepaald een continent met een rijke broodtraditie, maar als het op pap aan komt . . .

Veel Afrikaanse pappen en gruwels worden gemaakt met gefermenteerde granen, sorghum, gerst of maïs, of wortels zoals cassave.

Het principe van het fermenteren kan zonder veel hulpmiddelen. Simpelweg de granen wassen en één tot drie dagen in vers water wegzetten. De nu zachte granen kunnen gemakkelijk vermalen worden, zelfs met een vijzel, de klassieke methode. De granen worden in etappes gezeefd tot alle graan gemalen is. De zemelen worden van oudsher aan de dieren gevoerd!

Soms wordt de pasta, de nog zeer vochtige granen leveren natuurlijk geen meel op, nogmaals gefermenteerd, en dan tot pap gekookt. Sommige pap wordt zelfs daarna nog gefermenteerd, niet om als pap te eten, maar om er voedzame repen van te maken, door de gel in bananenblad te wikkelen.

Veel van deze pappen zijn door de fermentatie enigszins zurig.

  • Akamu of ogi, Nigeria gerst, sorghum ferment
  • Bogobe jwa logala (sorghum)
  • Boyri - ramadan
  • .
  • Eghajira - toureg
  • Ga'at Ethi Eritrea (gerst)
  • Genfo Ethiopië gerst
  • Incwancwa Zwaziland mais en sorghum
  • Konkonte Ghana manioc root
  • Mala mogudu Z Afr
  • Mielie pap Z Afika mais
  • Moni ramadan - als boyri
  • Obusuma Kenia mais
  • Rouy Senegal gerst
  • Sadza Zimbabwe mais
  • Uji wa wimbi Z-Afrika, gerst
  • Uji wa mhogo Z-Afrika, mais

Er zijn nog geen artrikelen over bovenstaande pappen gepubliceerd (in voorbereiding)

Pap - oij een aantal Afrikaanse landen heet het zelfs zo - is maar één van de bereidingsvormen van gefermenteerd graan, andere vormen zijn brood (denk aan zuurdesem), balletjes (dumplings) en drank.

Bronvermelding update oktober 2019

Methods of preparation of Swazi traditional fermented foods | Protus Simatend e.a. Journal of Ethnic Foods Volume 2, Issue 3, September 2015, Pages 119-125 https://doi.org/10.1016/j.jef.2015.08.008