De vorm van de kaiku varieert van omgekeerd kegelvormig tot cylindrisch, met een afgeschuinde bodem en parallel daaraan lopende opening aan de bovenzijde. Het stylistische handvat ligt tegen de kan gedrukt.
Oorspronkelijk werden kaikuak (kaiku's) van lokaal berkenhout gemaakt (uit één stuk), tegenwoordig doen vooral strak gemodelleerde keramische kaiku's opgeld. Kaiku is een iconisch ontwerp, dat ondanks zijn respectabele leeftijd veel kunstenaars inspireert tot nieuwe producten. Zoals de H20 Bilbao van Bosa, ontworpen door Patricia Urquiola. Met dit type kannen serveren kelners in Bilbao water aan hun klanten. Dit ontwerp is bij Danillo Cascella te koop vanaf €162,00.
Soortgelijke kannen zijn in veel gebieden in Azië, Europa en Noord-Afrika aangetroffen, onder andere in het Rif-gebergte en op het Spaans Plateau in Salamanca.
Het Neolithicum deed later zijn intree in Baskenland dan in het aangrenzende Spanje en Frankrijk. De omschakeling van jagen en vissen naar veeteelt en landbouw ging er laat, langzaam en in stappen, zo'n zevenduizend jaar geleden. Eerst kwam er veeteelt met runderen, varkens, schapen en geiten, landbouw pas generaties later.
Om in die tijd een houten vat te kunnen maken, zouden de herders gebruik gemaakt hebben van stenen gereedschap, om het hout uit te hollen, zoals primitieve volkeren doen wanneer ze kano's maken. Dat verklaart het gebruik van het relatief zachte, taaie en elastische berkenhout. Pas in het latere Bronzen tijdperk, kon men over metalen gereedschappen beschikken.
Het ontwerp is werkbaar gebleken, want robuust, omdat het gebruik door reizende schaapsherders dat verlangt, en veelzijdig, want de kaiku is een melk'emmer', een drinkbeker en een 'pan' in één. Die multifunctionaliteit heeft er voor gezorgd dat het ontwerp eeuwenlang heeft stand gehouden.
De vorm van het handvat van de kaiku wijkt af van wat in Baskenland in de Bronstijd gebruikelijk was, en doet denken aan de ansa lunata of ansa cornuta uit de Italiaanse Bronstijd. Maar mogelijk waren de beschikbare diameter van het hout, de beperkte technische middelen en het nomadisch gebruik eerder reden om het handvat vlak tegen de contrainer aan te construeren, wat de diameter betreft om een zo een groot mogelijke inhoud te kunnen bereiken.
Het oudste geschreven document waarin de kaiku wordt beschreven is van de hand van Strabo (63 vChr - 24 nChr) die beschrijft dat de 'Vascones' houten bakken gebruikten, die ze op roodgloeiende stenen verwarmden.
De Baskische naam kaiku zou ontleend zijn aan het Latijns caucus, dat op zijn beurt is afgeleid van het Griekse kaúkē, en (drink)glas of beker betekent. De meervoudsvorm is kaikuak.
Respecteer het copyright !