top
Gevulde deeglapjes
Turnovers en dumplings
Gevulde deeglapjes
Gevulde deeglapjes per regio
Guijya, gevulde deeglapjes uit Gujatar, India

Gevulde deeglapjes

Over turnovers en dumplings

.
In de Engelse taal hebben ze een mooi woord voor gevulde deeglapjes: de turnover. "An individual pie formed by folding a piece of pastry in half over a savory or sweet filling" Vrij vertaald: een eenpersoons baksel (pie) dat wordt gemaakt door een lapje deeg om een vulling heen te vouwen.

De Nederlandse taal heeft geen term voor een dergelijk baksel. De beste term lijkt 'gevulde deeglapjes'. Het word flap dat in dit verband wel wordt gebruikt heeft veel betekenissen, zoals de omslag van een boek of een bankbiljet, en pas sinds 1919 in culinaire zin, toen het woord appelflap werd geïntroduceerd. Je ziet het woord eigenlijk alleen gebruikt worden voor een soortgelijk baksel met uiteenlopende vruchtenvullingen. Twee oer-Nederlandse gevulde deeglapjes zijn het saucijzenbroodje en het worstebroodje, met een wikkel van respectievelijk bladerdeeg en brood(gist)deeg. Ook deze dateren uit het begin van de twintigste eeuw.

In de Spaanse en Portugese taal kennen we een vertrouwd woord voor deze bereidingswijze: de empanada. Letterlijk betekent empanada 'met brood omhuld', immers pan betekent brood. Het werkwoord empanar wordt ook gebruikt in de betekenis van paneren, het met brood(kruim) omhullen van een gerecht, zoals bij de kroket het geval is. Dat wordt hier niet bedoeld. Het woord empanada is wijdverbreid omdat het niet alleen op het Iberisch schiereiland wordt gebruikt, maar in veel Latijns-Amerikaanse landen.

In de Engelse taal kent men naast het woord turnover trouwens ook nog het woord dumpling, een term met een ruimere dekking, niet noodzakelijkerwijs de dumplings die we kennen van de dim-sum. Ook niet-Aziatische soortgelijke gevulde deeglapjes zijn dumplings. In de Engelse taal gebruikt men het woord al sedert de zestiende eeuw. Het woord is gerelateerd aan ons 'dompelen', vroeger 'dompen', dat wil zeggen heeft betrekking op een (klein) klompje deeg dat in een vloeistof (water of soep bijvoorbeeld) wordt gegaard. De klassieke vorm van een dumpling is overigens de knoedel, een brokje aardappel- of tarwedeeg

In mijn poging om gevulde deeglapjes te defiëneren, loop ik aan tegen de vraag of het überhaupt relevant is welke garingsmethode wordt gebruikt. Je hebt de neiging om 'gebakken of gefrituurd' als criterium te gebruiken, maar waarom niet gestoomd, zoals de Chinese baozi en de Indo-chinese bapao? Wanneer je een dumpling stoomt, valt hij buiten de definitie, en mocht je besluiten hem te frituren, niet. En de vorm? Moet een turnover beslist driehoekig zijn of maanvormig, zoals veel empanadas of kan het ook een langwerpig of vierkant hapje zijn, of kan het iedere willekeurige vorm hebben, zoals de Chinese dumpling ?

Het enige dat mijns inziens telt, is dat het om een gevuld deeglapje gaat, je dat lapje om de vulling vouwt of wikkelt, ongeacht het soort deeg, ongeacht of het deeg gegist is of niet, en dat het een eenpersoons hapje is, dat uit de hand gegeten kan worden.

Een onvolledig overzicht ter illustratie

  • Manti, mantou, mandu, gestoomd of gefrituurd, Zijderoute van Turkije tot aan Korea,
  • Jiaozi of gyoza, de dumpling, (onder meer) uit China en Japan,
  • Wu gok, met een wikkel van tarodeeg, uit China
  • Nikuman, de Japanse versie van baozi of bapao
  • Siopao of salopao, gestoomd broodje uit Thailand en de Philippijnen,
  • Hua juan of bloemknoop, gevuld broodrolletje, uit China,
  • Gujiya of kanjari, maanvormig en gefrituurd, met een zoete vulling, uit india,
  • Fatay of fatayer, uit de Arabische landen.
  • Ravioli, tortellini en veel andere geviulde pasta's, natuurlijk uit Italië.

Vanwege het enorme scala aan gevulde deeglapjes zijn afzonderlijke artikelen gewijd aan de gevulde deeglapjes van ieder continent, vooaralsnog Europa, het Midden-oosten, overig azië en Zuid- en Midden-Amerika.

Bronvermelding update maart 2023