top
Johannesbrood
Ceratonia siliqua
Johannesbrood
Johannesbroodproducten
Naam | Botanie ©2020

Johannesbrood (carob)

Ceratonia siliqua

Johannesbrood is een subtropische bonensoort, welke behoort tot het geslacht Ceratonia, dat slechts twee plantensoorten omvat. De peulen worden niet of nauwelijks als groente gegeten, maar grotendeels verwerkt tot poeder of siroop.

De Johannesbroodboom, zoals de volledige naam luidt, is een groenblijvende boom uit de bonenfamilie Fabaceae. Het is een taaie boom, met een dikke stam en grillig gevormde dikke takken. Hij wordt 15-20 meter hoog en heeft een brede, bijna bolle kroon. De bladeren zijn glanzend groen en leerachtig, net als de peulen. De bladeren zijn elliptisch en tien tot twintig centimeter lang. De boom verliest om het jaar in de zomer (juli) bladeren, en vormt in het voorjaar nieuwe, aanvankelijk lichtbruine bladeren.

De boom bloeit vanaf augustus. De bloeiwijze is katjesachtig met ontelbare bloemen. Bomen dragen hetzij mannelijke hetzij vrouwelijke of hermafrodiete bloemen, en worden bestoven door wespen, vliegen, bijen en vliegende motten. De bloemen zijn aanvankelijk biseksueel, maar gedurende de ontwikkeling wordt één van beide geslachten onderdrukt. De mannelijke bloemen zijn gemakkelijk te herkennen, ze ruiken minder aangenaam.

De peulen zijn 10 tot 30 cm lang, soms recht, soms gekromd. Ze rijpen aan de boom. Een rijpe peul is dieprood, bijna zwart en heeft een leerachtige schil. De peul wordt geoogst wanneer hij rijp is, maar niet veel later dan dat. Wanneer de peulen doorrijpen, nemen ze veel vocht op en zijn ze ongeschikt geworden voor consumptie.

De Ceratona siliqua is zo'n 4.000 jaar geleden gecultiveerd. De Johannesbroodboom wordt gemiddeld vanaf het zesde jaar geoogst. Dat gebeurt door tegen de boom te slaan. Bij het kloppen van de boom moet voorkomen worden dat nieuwe bloemknoppen beschadigen. Het oogsten vraagt daarom veel ervaring en is zeer arbeidsintensief. Een boom brengt gemiddeld 75 kilo peulen op, maar soms wel het dubbele. Schudden zoals met olijfbomen gebeurt, is niet mogelijk omdat de stam en de takken te dik en te star zijn.

De peulen zijn breed en plat en bevatten een groot aantal boonvormige zaden. Deze zaden (bonen) zijn omhuld door een beschermende pulp. Deze bestaat voor ruim de helft uit suiker (sucrose, glucose, fructose en maltose), en bevat cellulose, hemicellulose en tanninen. De pulp is bovendien eiwitrijk en bevat veel mineralen.

Culinair gebruik en bereiding

De peulen worden zelden als groente gegeten. Hert merendeel van de oogst wordt gedroogd, alvorens het te verwerken tot johannesbroodpitmeel (bindmiddel uit de zaden), carobmeel (cacaovervanger, zoals in pastelli) of carob siroop.

Duurzaamheid

De boom staat in verscheidene landen onder druk door de handelswaarde van de peulen. Dat is onder andere het geval in Marokko. De belangrijkste reden is ondeskundige pluk.

Een nog grotere bedreiging voor de natuurlijke populatie Johannesbroodbomen is de aanhoudende droogte als gevolg van klimaatverandering. Op de internationale rode lijst van de IUCN is de Johannesbroodboom daarom opgenomen als "least concern".

Oorsprong en verspreiding

De Johannesbroodboom stamt vermoedelijk uit het oostelijk Middellandse Zeegebied, in Syrië, Turkije, mogelijk ook Saoedi-Arabië en Egypte.

Duizenden jaren geleden is de boom verspreid geraakt over een groter gebied, waar hij eveneens als inheems wordt beschouwd: Libanon, Palestina, het zuiden van Jordanië, Yemen, Libië en Tunesië.

De Grieken hebben de betekenis van de boom op waarde geschat en er voor gezorgd dat de boom al vroeg naar Griekenland en naar Italië kwam. De Phoeniciërs zorgden voor de verspreiding langs de Afrikaanse kant van de Middellandse zee naar Spanje en Portugal. Hij groeit nu in een groot aantal landen die grenzen aan de Middellandse zee tot aan Iran, op de eilanden in de Middellandse zee en die van Macronesië., de eilanden voor de Europese en Afrikaanse kust, waaronder de Azoren en de Canarische eilanden.

Veel later is de boom door de Spanjaarden naar Zuid- en Midden-Amerika gebracht, Californië en Arizona. Hij groeit ook in Australië, Zuid-Afrika en India, ook daar omdat emigranten de boom mee hebben genomen.

De belangrijkste producent is Spanje, dat met 135.000 ton per jaar bijna de helft van de wereldproductie voor rekening neemt.

Taalkundige aspecten, etymologie

De geslachtsnaam Ceratonia is ontleend aan het Griekse keras, wat hoorn betekent, een verwijzing naar de vorm en textuur van de gedroogde peulen. Ook in Turkije noemt men de vrucht 'geitenhoorn': keçiboynuzu. De naam carob is ontleend aan het Arabische kharrub of charrūb.

De peul van de Johannesbroodboom wordt in het Grieks keration genoemd, een woord dat verwant is aan het woord karaat, de gewichtseenheid voor goud. Het staat vast dat de zaadjes in de oudheid gebruikt werden als gewicht. Het gemiddeld gewicht van droge en gave zaadjes bedraagt vrij exact 0,2 gram, het equivalent van de oude en de nieuwe karaat (respectievelijk 0,205 en 0,200 gram). Omdat de zaadjes keihard zijn en nauwelijks vocht opnemen, was de kans op fraude gering.

In plaats van de naam Johannesbrood wordt ook wel Sint Jansbrood gebruikt. De naam is een verwijzing naar naar de Bijbelse gelijkenis van de verloren zoon in Lucas 15. Hij wilde uit honger het voer van de varkens eten die hij hoedde. Dat voer waren de peulen van de kerationboom. In het Engels wordt de boom vernoemd naar de sprinkhaan, maar de boom wordt zelden door sprinkhanen geplaagd, voor hen bevatten de leerachtige bladeren te veel looistoffen.

Vertaling Johannesbrood

engels
carob or locust bean
frans
caroubier
italiaans
carrubo
spaans
algarrobo
duits
johannisbrot
arabisch
charrūb
turks
keçiboynuzu, harnup
chinees
chiao-tou-shu
 

Gezondheidsaspecten

Voedingswaarde, gezondheidsrisico's

In beginsel dienen bonen gekookt te worden. Een uitzondering hierop vormen jonge bonen, omdat deze de stof die in bonen zit en kan leiden tot darmproblemen, in jonge zaden nauwelijks voor komt. Een uitgebreider toelichting op het koken van bonen en lectine, het eiwit in kwestie, vind u in het inleidend artikel over de Vlinderbloemfamilie Fabaceae.

De bonen worden zelden vers gegeten, en van de peulen en het zaad worden verscheidene producten gemaakt. Voor de voedingswaarde daarvan verwijzen we naar de afzonderlijke artikelen.

De Johannesbroodboon is rijk aan eiwitten (23-34%) en koolhydraten (55%). Daarnaast bevat hij calcium, zink, fosfor, magnesium, koper en nikkel. De zaden bevatten het cyanogene glycoside canatoxine. Mits op de juiste wijze bereid is daaraan geen gezondheidsrisico verbonden.

Bronvermelding update februari 2022

Botany and Taxonomy of the species called carob and carob in different Languages | All about carob Johannisbrotbaum | Wikipedia (DU) Ceratonia siliqua | Plants for a future Carob tree | L. Battle en J. Tous, Carob tree. Ceratonia siliqua L. Promoting the conservation and use of underutilized and neglected crops. 17. Institute of Plant Genetics and Crop Plant Research, Gatersleben/International Plant Genetic Resources Institute (IPGRI), 1997 Rome, Italy ISBN 92-9043-328-X Ceratonia siliqua | World agroforestry centre Carob Pods as a Source of Polyphenolic Antioxidants | D. P. Makris en P. Kefalas, Food Technology and Biotechnology 2004 42 (2) pp105–108 ISSN 1330-9862 Ceratonia Siliqua and the Carat Weight | J.H. Coste, Nature volume 99, p 185 (Mei 1917) DOI:10.1038/099185c0 Seed size variability: from carob to carats | L.A. Tumbull e.a. Seed size variability: from carob to carats Biology Letters 2006 Sep 22; 2(3): pp 397–400. Mei 2006 DOI 10.1098/rsbl.2006.0476 Ceratonia siliqua | Plantlist, a working list of all plant species Ceratonia siliqua | The international red list of threatened species IUCN 2017-3