Deze tuinkers is een snelgroeiende, bloeiende plant. Hij is algemneen voor komend in Noord-Amerika, de Verfenigde staten en Canada, waar hij als onkruid op verstoorde plekken groeit. De plant heeft rechtopstaande, kale stengels en wordt zo'n dertig centimer hoog. Hij groeit als een rozet, met aan de voet van de rozet 10cm lange bladeren, hoger aan de plant zijn de bladeren veel kleiner.
De plant produceert trosvormige bloeiwijzen van kleine bloemen met kelkblaadjes die elk maar ongeveer een millimeter lang zijn. Er zijn meestal geen kroonblaadjes. De vrucht is een paar millimeter lang.
In veel Europese bereidingen wordt tuinkers rauw verwerkt, meestal als kiemplant, kers (cress), in een salade. Tuinkers combineert uitstekend met worteltjes.
Ook de bladeren van de volwassen plant worden in salades gebruikt, soms ook de bloemen. De bladeren worden ook toegevoegd aan soepen.
Bewaar tuinkersspruiten in hun voedingsbodem niet langer dan 2-3 dagen op een koele plaats, of een week in de koelkast.
In ons land komt hij sporadisch voor.
De plant is beschreven door de Duitse botanicus Heinrich Adolf Schrader in Index Seminum (Göttingen) in 1832 4)
In de VS kent de plant uiteenlopende benamingen, zoals common peppergrass, elongate peppergrass, hairy-fruited peppergrass, large-fruited peppergrass en prairie peppergrass.
Tuinkers is rijk aan beta-caroteen, tweemaal zoveel bijvoorbeeld als waterkers. Tuinkers is bovendien rijk aan vitamine C, ijzer en calcium.