Sumac is een zure smaakmaker, die je gebruikt zoals azijn, tamarinde of citroen. Sumac wordt gemaakt van de steenvruchtjes van de Rhus coriaria of Syrische rhus, een lid van de cashew- of sumacfamilie, de Anacardiaceae. In het spraakgebruik worden de vruchtjes besjes genoemd, maar dat zijn het eigenlijk niet. Het zijn steenvruchtjes, zoals de verwante perzik.
De sumacvruchtjes hebben een rinse zuursmaak, althans de haartjes op de vruchtjes. Hiervoor is het appelzuur (malic acid) verantwoordelijk, dat vooral in de haartjes van de vruchtjes zit. Daarnaast bevatten de vruchten citruszuur en tartaarzuur.
Sumac die is gemaakt van de vruchtjes van de Rhus typhina is minder zuur. Dit zijn de zuurgehalten van de sumac-vruchtjes van beide plantensoorten naast elkaar (tussen haakjes de gehalten in Amerikaanse sumac):
Sumac bevat naast deze zuren ook tannine, verantwoordelijk voor de straffe, mondsnoerende smaakbeleving, die we kennen van wijn. De belangrijkste overige smaak- en geurcomponenten zijn:
Sumac is dieprood door diverse anthocyane pigmenten.
Sumac is algemeen verkrijgbaar, so-wie-so in de Mediterrane speciaalzaken, soms ook onder de naam zuurkruid. Er zijn twee versies van: de grof gemalen sumac en de gebroken sumac.
Zelf sumac drogen ? Dat gaat als volgt. Was de trosjes zorgvuldig, en laat de besjes aan de tros. Droog de tros in zijn geheel in de zon, op en goed geventileerde plek, of in een droger (dehydrator). Doe de gedroogde tros in een blender, en draai enkele slagen, totdat de zaadjes en takjes verwijderd kunnen worden. Maal de besjes pas daarna tot de gewenste maalgraad.
Sumac wordt als specerij gebruikt in (onder meer) de Arabische, Perzische, Koerdische, Jordaanse en Turkse keuken. Het is een smaakbepaler in het specerijenmengsel za'atar en in salades als het Libanese tabouleh en in het Turkse döner kebab
Je gebruikt sumacpoeder om lamsvlees, vis of gevogelte te marineren, en als smaakmaker in stoofgerechten, casseroles of soepen of in een salade, zoals fattoush, of in een vinaigrette. Voeg ook eens wat sumac toe aan Turkse yoghurt als bijgerecht voor kebab, in plaats van het obligate knoflooksausje.
Een andere manier om het te gebruiken, is om de vruchtjes in te koken tot een stroperige melasse, zoals met tamarinde gebeurt, en het zoals tamarinde te gebruiken. Wanneer je van de besjes thee trekt, krijg je een thee vergelijkbaar aan rooibos, maar plezieriger van smaak. gebruik niet te heet water, want bij verhitting komt het bittere tannine vrij.
In Apicius zoek je er vergeefs naar. Plinius en Theophrastus noemen het daarentegen wel. De laatste observeert en schrijft over de gelijkenis met linzen. Dioscorides roemt het vruchtje vooral om zijn medicinale kwaliteiten. Waarschijnlijk gebruikten de Romeinen het vooral om die reden, en in de leerlooierij. In de keuken beschikten over andere zuurmakers, zoals agresta.
Pas in het middeleeuwse kookboek al-Baghdādi van Ibn Sayyār al-Warrāq (al-Baghdadi) lezen we over het gebruik mā' al-summāq - gezeefd sumacsap - als zure smaakmaker in de keuken. Hij schrijft daarover onder andere de sumac niet mee te koken, omdat het dan bederft,. Daarmee doelt hij op het vrijkomen van de tannine. In plaats daarvan adviseert hij de besjes in water te weken en in de zon op te warmen.
Dodoens schrijft in zijn Cruydeboek: " Die bladeren sap ende saet van Sumach sijn cout in den tweeden graedt ende drooghe tot in den derden van natueren seer tsamen treckende."
Mā' al-summāqWie allergisch is voor cashewnoten, mango's of perziken doet er verstandig aan op te passen met het gebruik van sumac. Hetzelfde advies geldt voor het gebruik van roze Braziliaanse peper. Ook mensen die allergisch zijn voor citroenzuur doen er verstandig aan sumac te mijden. Voor mensen die allergisch zijn voor azijn kan sumac juist weer een uitkomst zijn, net als verjus.
Zou je de beschikking hebben over de verse vruchtjes., kun je het zuurgehalte terugdringen door de vruchtjes intensief te wassen, waardoor je veel haartjes kwijt raakt.